Door: drs. Steven Boekee

De kwaliteit van de huisartsenzorg staat onder druk door de alsmaar toenemende werkdruk bij huisartsen. Dat concludeert onderzoeksburea Newcom uit onderzoek onder ruim 1600 huisartsen in opdracht van de Landelijke Huisartsen Vereniging.

“Huisartsen geven zelf aan dat te hoge werkdruk leidt tot haastwerk en kans op het maken van fouten”, waarschuwt LHV-voorzitter Ella Kalsbeek. “Dat vraagt om maatregelen.”

Tweederde vindt werkdruk te hoog

De LHV liet onderzoeksbureau Newcom uitzoeken hoe hoog de werkdruk is en hoe huisartsen de werkdruk ervaren. Maar liefst tweederde vindt die te hoog. Noodzakelijke werkzaamheden krijgt 65 procent van de huisartsen niet af in de reguliere werktijd.

“Noodgedwongen blijven daardoor dingen liggen”, zegt Kalsbeek. “Natuurlijk laat de huisarts zijn patiënt niet in de kou staan. Maar dingen als vakliteratuur, organisatorische zaken en nascholing schieten er steeds meer bij in.”

Als grootste risico’s voor hun patiënten noemen huisartsen onder meer consulten sneller afronden, sneller doorverwijzen dan wanneer ze meer tijd zouden hebben en te korte tijd voor het afhandelen van herhalingsrecepten. Een kwart geeft bovendien aan zelf ‘aan zijn taks’ te zitten als gevolg van de hoge werkdruk. Kalsbeek: “Dat is niet goed voor een dokter, die altijd alert en aandachtig moet kunnen zijn.”

Steeds meer taken

Een belangrijke oorzaak van de hoge werkdruk bij huisartsen is dat er meer ouderen zijn, in combinatie met het huidige overheidsbeleid om mensen zo lang mogelijk thuis te laten wonen. Deze ouderen kampen vaak met complexe problemen en gaan relatief vaak naar de huisarts. Daarnaast kreeg de huisarts de laatste jaren er steeds meer taken bij, bijvoorbeeld doordat huisartsen eenvoudiger zorg en verrichtingen van het ziekenhuis overnemen.

Huisartsen in achterstandswijken hebben het het zwaarst. Veel van hun patiënten kampen niet alleen met werk- en inkomensproblemen, maar leven ook minder gezond.

Meer tijd voor patiënten

Zelf hebben huisartsen al allerlei maatregelen genomen om hun werk efficiënter in te richten, bijvoorbeeld door voor organisatorische zaken een praktijkmanager te benoemen en door de inzet van praktijkondersteuners (POH’s). “Bij veel huisartsen is de rek daar inmiddels wel uit”, stelt Kalsbeek. “Zij willen kleinere praktijken.”

Dat kan echter lang niet overal, bijvoorbeeld omdat sommige regio’s kampen met een tekort aan huisartsen. Kalsbeek: “Standaardoplossingen zijn er niet, maar waar het om gaat is dat de huisarts méér tijd krijgt voor zijn of haar patiënt. We gaan met alle zorgverzekeraars praten hoe we dat geregeld krijgen.”

Belangrijkste resultaten zijn te downloaden op de website van de Landelijke Huisartsen Vereniging.
https://www.lhv.nl/actueel/nieuws/werkdruk-huisarts-bedreigt-kwaliteit-zorg