Auteurs: drs. Neil van der Veer, drs. Hans Hoekstra; drs. Jasper Lohuis, Noël Wever Msc

Ziekenhuis data: welke verbanden zijn er?

Een meta-analyse van verschillende onderzoeken voor en door ziekenhuizen

Uit de scans die afgelopen jaren zijn uitgezet voor de NVZ-programma’s JuMP, Waardegedreven zorg en Zorgprofessionals maken de toekomst! blijkt dat er veel samenhang is tussen de programma’s. Bovendien leiden positieve resultaten op de programma’s ook tot een sterker imago onder patiënten en huisartsen. De verschillende programma’s lijken elkaar te versterken. En de patiënt en huisarts is daarbij gebaat.

Opvallend is bijvoorbeeld dat het sterk inzetten op Waardegedreven zorg leidt een betere beleving en sterker imago onder patiënten en onder huisartsen. En de koplopers bij JuMP zijn systematisch beter in staat om Waardegedreven zorg in de praktijk te brengen. Visie, leiderschap en het betrekken van professionals lijken hierin bepalend.

Bovenstaande conclusies zijn enkele highlights uit een systematische analyse van 16 afzonderlijke onderzoeken in de afgelopen vier jaar. De NVZ en Newcom werken al jaren samen aan uiteenlopende projecten. Van de Nationale Ziekenhuis Imago Benchmark onder patiënten en/of huisartsen tot aan diverse scans rondom JuMP, ZMT! en Waardegedreven Zorg (WGZ). Deze onderzoeken en scans leveren een schat aan data op voor individuele ziekenhuizen. Vanuit de wens om op sectorniveau inzicht te krijgen hebben we de samenhang tussen de afzonderlijke ziekenhuis data onderzocht. Met behulp van een meta-analyse is er inzicht verkregen tussen de onderliggende variabelen die zijn gemeten in de afgelopen jaren.

Hieronder behandelen we 5 opvallende uitkomsten.

1. Ziekenhuizen met een sterk imago lopen relatief vaak voorop met het bieden van Waardegedreven zorg. Dit lijkt effect te hebben op de beleving van patiënten.

Er zijn significante verbanden gevonden tussen enerzijds scores in de Nationale Ziekenhuis Imago Benchmark onder patiënten en publiek en anderzijds de bouwstenen uit Waardegedreven zorg. Koplopers uit de imago-benchmark die 2-jaarlijks onder patiënten en publiek wordt uitgevoerd, blijken ook (veel) hoger te scoren als het gaat om het formuleren van een visie op Waardegedreven Zorg en de wijze waarop het is georganiseerd.

Ziekenhuis data: welke verbanden zijn er

Ook zijn de Imagokoplopers verder in de transitie naar een organisatie rondom patiëntgroepen. Ook zien we bij de koplopers een duidelijk patroon hoe ze zijn ingericht. Van deze koplopers geeft 9 op de 10 aan dat ze ofwel al primair zijn ingericht op patiëntgroepen/diagnosegroepen wel al werken met een hybride model met multidisciplinaire teams (7 op de 10). Bij de achterblijvers zien we dat die überhaupt niet primair zijn ingericht op patiëntgroepen/diagnosegroepen.

2. JuMP-koplopers zijn beter in staat Waardegedreven zorg in de praktijk te brengen. Visie, leiderschap en het betrekken van professionals lijken hierin bepalend.

JuMP staat voor ‘Juiste Medische Specialistische Zorg voor de Patiënt’. We hebben significante relaties gevonden tussen enerzijds de totaalscore op Waardegedreven zorg en anderzijds de scores op de bouwstenen Leiderschap en Professionals uit de JuMP-scan. Hier blijkt een positieve relatie tussen te zitten. Deze 2 scans zijn onafhankelijk van elkaar gemeten. In de analyse hebben we koplopers, middenmoot en achterblijvers gedefinieerd (zie aanpak, onderaan dit artikel).

We zien bijvoorbeeld dat de JuMP-koplopers relatief goed scoren op het gebied van Waardegedreven zorg. En bovendien hebben JuMP-koplopers vaker een visie op Waardegedreven Zorg en gebruiken ze uitkomstinformatie vaker als onderdeel van Samen beslissen. In onderstaande grafiek is bijvoorbeeld inzichtelijk dat van de Koplopers in de JuMP-scan ook 77 procent gebruik maakt van uitkomstinformatie in de PDCA cyclus. Bij de middenmoot en achterblijvers is dat respectievelijk 19 en 10 procent. Ook de tevredenheid meten rondom Samen Beslissen gebeurt significant meer onder de koplopers in de JuMP-scan. Nagenoeg elke koploper meet deze indicator.

3. De beleving van patiënten en bezoekers komt sterk overeen met de beleving van huisartsen, met name als het gaat om het kwaliteitsbeeld en de reputatie van ziekenhuizen.

Allereerst kunnen we concluderen dat er een sterk verband is tussen de beleving van ziekenhuizen onder huisartsen en de beleving onder de patiënten. Hieronder staan alle topklinische en algemene ziekenhuizen geplot. Op de x-as staat de NPS onder huisartsen en op verticale y-as staat de NPS onder patiënten. De NPS is de Net Promoter Score en zegt iets over de mate van aanbevelen vanuit de betreffende groep. Patiënten en huisartsen worden afzonderlijk gemeten.  Toch blijft er een sterk verband tussen te zitten. Over het algemeen geldt: hoe hoger de score onder patiënten, hoe hoger de score onder huisartsen en vice versa.

ziekenhuis data

De verklaring kan worden gezocht in zowel de wat hardere als juist ook de zachtere factoren. Zo blijkt bijvoorbeeld dat de koplopers onder patiënten en publiek een betere score onder huisartsen hebben als het gaat om ‘kwalitatief hoogwaardig’ en ‘deskundig’. En ook zien we een hogere beleving onder huisartsen als het bijvoorbeeld gaat om bejegingen naar patienten. Blijkbaar krijgen de huisartsen wel degelijk de signalen terug van patienten in hun praktijk.

4. Het (sterker) inzetten op (het bieden van) Waardegedreven zorg lijkt effect te hebben op de beleving van huisartsen.

Recent is de Nationale Ziekenhuis Imago Benchmark onder huisartsen uitgevoerd (najaar 2022). Ook uit de inzichten onder deze belangrijke doelgroep kan een aantal sterke relaties worden geformuleerd ten opzichte van Waardegedreven zorg. De imagokoplopers onder huisartsen scoren systematisch hoger op de aanwezigheid van visie, gebruik van de WGZ-routekaart en/of EPD-informatiesystemen.

ziekenhuis data

Ziekenhuizen die goed scoren op Waardegedreven Zorg worden door huisartsen vaker beleefd als innovatief, kwalitatief hoogwaardig, deskundig (niet in grafiek weergegeven). Ook de Net Promotor Score (NPS) en de kracht van het imago als geheel liggen hoger onder de koplopers op Waardegedreven Zorg. Zo hebben de koplopers in de Waardegedreven Zorg-scan gemiddeld een Net Promotor score van +10. De achterblijvers hebben een negatieve Net Promotor score van -6. Er zit een duidelijk verschil in de mate van aanbeveling onder huisartsen.

ziekenhuis data

5. Zorginstellingen die een speerpunt maken van innovatief werkgeverschap lijken beter in staat te zijn om de juiste zorg op de juiste plaats te bieden.

Tot slot zien we dat JuMP-koplopers verder zijn met strategisch HR(M)-beleid. Zo hangt bijvoorbeeld Leiderschap in JuMP-context nauw samen met de toename van de loopbaanontwikkeling van medewerkers. Ook is het verloop van personeel bij de koplopers sterker afgenomen dan bij de ziekenhuizen die lager scoren op Leiderschap.

Ziekenhuis data

Over de aanpak

De NVZ en Newcom werken al jaren samen aan uiteenlopende projecten. Van de Nationale Ziekenhuis Imago Benchmark onder patiënten en/of huisartsen tot aan diverse scans rondom JuMP, ZMT! en Waardegedreven Zorg (WGZ). Deze onderzoeken en scans leveren een schat aan data op voor individuele ziekenhuizen. Vanuit de wens om op sectorniveau inzicht te krijgen hebben we de samenhang tussen de afzonderlijke databronnen onderzocht. Met behulp van een meta-analyse is er inzicht verkregen tussen de onderliggende variabelen die zijn gemeten in de afgelopen jaren.

De volgende bronnen zijn gebruikt en aan elkaar gekoppeld op het niveau van de zorginstelling:

  • JuMP-scan (2019, 2020, 2021, 2022)
  • ZMT-scan (2019, 2021, 2022)
  • WGZ -scan (2021, 2022)
  • CZO Flex Level scan (2022)
  • Nationale Ziekenhuis Imago Benchmark – Patiënten & Publiek (2017, 2019, 2021)
  • Nationale Ziekenhuis Imago Benchmark – Huisartsen (2018, 2022)
  • Nationale Zorg & Arbeidsmonitor (2020)

Samengenomen zijn er ongeveer 2.900 datapunten/variabelen verzameld

In de gekoppelde dataset was het mogelijk om:

  • Scores op de bouwblokken per scan aan te brengen
  • Totaalscores overall per scan aan te brengen

Deelnemers zijn per onderzoek ingedeeld in 3 groepen (o.b.v. totaalscore):

  • Koplopers (top 15)
  • Middenmoot
  • Achterblijvers (bottom 15)

De samenhang tussen de onderzoeken, themascores en onderliggende variabelen zijn onderzocht door middel van 2 analysetechnieken:

  • Correlatie-analyse
  • Variantieanalyse (ANOVA)

Op deze wijze is een eerste aanzet gedaan om te komen tot geïntegreerde inzichten.